Schoonmaken is niet zo mijn ding. Van huis uit had ik het makkelijk: huiswerk ging voor meehelpen. Onder het mom van huiswerk schreef ik zo mijn dagboek vol, zat te dagdromen of vulde bladzijden vol met tekeningen en krabbels.
Het schoonmaken leerde ik op mijn eerste vakantiebaantje, als kamermeisje in het plaatselijke hotel, van Pee. Een hartelijke vrouw, die haar bijnaam Pee Hip had verdiend door met regelmaat buiten de gebaande paden van de burgerlijke gemeenschap te “hippen”. Het verhaal ging dat ze bij gebrek aan reiswieg de baby in de weekendtas aan het stuur van de fiets hing. Dat ik dit verhaal kende vóór onze eerste kennismaking gaf aan dat ik werd ingewerkt door een veelbesproken persoon.
Naast de noodzakelijke praktische vaardigheden leerde ik van Pee vooral twee zaken waar ik mijn hele werkzame leven plezier van heb gehad. Eén: Zorg dat ze je werk zien. Dus ook al hebben de hotelgasten zelf hun bed opgemaakt en de kamer keurig achtergelaten, trek de sprei net iets anders over het bed, verplaats wat spulletjes, zet het even gezellig neer en zorg dat je een onuitwisbare indruk achterlaat. Twee: Werk nooit te hard, want dan denken ze dat je elke dag wel zo hard kunt werken en dat houdt niemand vol.
Eenmaal op kamers had ik een geweldige tijd. Schoonmaken was nauwelijks nodig, ik was druk met de wereld en met iedereen en mijn oog zág niet eens stof. Stapels kranten in de gang, kleverige keukenkastjes, een balkon met rommel en rotzooi, vensterbanken met een dikke laag stof, spinrag in de hoeken. Zolang het mij niet in de weg lag had ik er letterlijk geen oog voor.
In de loop der tijd kwamen er, zelfstandig of onder druk van minder stoftolerante huisgenoten, steeds meer schoonmaakklusjes in beeld. Eenmaal ontdekt viel mijn oog er vanzelf op, had ik er last van en zette mezelf met de nodige tegenzin aan het werk.
En later volwassen, eerst met kinderen en later toen ze de deur uit waren, een groot huis met veel inmiddels mij bekende hoekjes waar het vuil zich dreigde op te stapelen, nam het schoonmaken steeds grotere proporties aan. Schoonmaakschema’s, werkverdeling, discussies, ergernissen.
Onlangs viel het me op dat de schoonmaaklast ongemerkt verminderd leek te zijn. Was de werkverdeling in mijn voordeel beëindigd? Kwam er minder stof binnen? Waren we gewoon een stuk netter geworden?
Nu ben ik er achter: ik heb een keuze. Met of zonder bril.
Doetinchem, nov 2019
Comments